Weerbaarheid heeft te maken met veerkracht of het vermogen om onverwachte financiële klappen op te vangen en bestand te zijn tegen de impact van bestaande risico’s.
1. Ratio weerstandvermogen
Om te bepalen of het weerstandsvermogen toereikend is, moet de relatie worden gelegd tussen de financieel gekwantificeerde risico's en de daarbij horende benodigde weerstandscapaciteit en de beschikbare weerstandscapaciteit. De relatie tussen beide componenten wordt weerspiegeld in het kengetal ratio weerstandsvermogen.
Voor de berekening wordt verwezen naar de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing.
Begroting jaar 2022 | Verslag 2020 | Begroting 2021 | Begroting 2022 | MJR | MJR | MJR |
---|---|---|---|---|---|---|
Ratio weerstandsvermogen | 0,80 | 0,80 | 0,71 | 0,86 | 1,00 | 1,00 |
Zie voor een toelichting op de ontwikkeling in de ratio de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing.
2. Relatieve omvang programmareserves
De programmareserves, behorend tot het eigen vermogen van de gemeente, zijn van een bestemming voorzien, maar de bestemming kan door de Raad aangepast worden mits er nog geen contractuele verplichtingen hiervoor zijn aangegaan. Reserves ter dekking van kapitaallasten worden niet meegerekend.
Formule: [totaal van de programmareserves begin jaar gedeeld door totaal van de exploitatielasten, uitgedrukt in %]
x €1.000.000 | ||||||
Begroting jaar 2022 | Verslag 2020 | Begroting 2021 | Begroting 2022 | MJR | MJR | MJR |
Programmareserves | 203,6 | 374,1 | 368,3 | 360,9 | 360,6 | 364,3 |
Totaal lasten vóór reserves | 1.623 | 1.523 | 1.506 | 1.573 | 1.466 | 1.448 |
Relatieve omvang programmareserves | 12,5% | 24,6% | 24,5% | 22,9% | 24,6% | 25,2% |
De toename in de programmareserves vanaf begroting 2021 wordt veroorzaakt door een storting in de reserve Grondexploitatie.
3. Solvabiliteitsratio (BBV)
Dit kengetal geeft inzicht in de mate waarin de gemeente in staat is aan haar financiële verplichtingen te voldoen. Onder de solvabiliteitsratio wordt verstaan: het eigen vermogen als percentage van het balanstotaal. Onder het eigen vermogen verstaan we de algemene reserve en de overige bestemmingsreserves, en het resultaat uit het overzicht baten en lasten.
x €1.000.000 | ||||||
Begroting jaar 2022 | Verslag 2020 | Begroting 2021 (1) | Begroting 2022 | MJR | MJR | MJR |
Eigen vermogen | 822,5 | 481,0 | 706,9 | 705,8 | 706,5 | 706,6 |
Totaal passiva /totaal vermogen | 2.012,0 | 2.015,2 | 2.355,0 | 2.421,3 | 2.538,7 | 2.591,1 |
Solvabiliteitsratio | 40,9% | 23,9% | 30,0% | 29,2% | 27,8% | 27,3% |
(1) De waarden en het percentage voor 2021 zijn ontleend aan de vastgestelde Programmabegroting 2021. De waarden en percentages voor 2022 tot en met 2025 zijn ontleend aan resp. berekend op basis van de geprognosticeerde balans elders in deze begroting.
Stand van zaken
De solvabiliteitsratio van Utrecht bedroeg per eind 2020 ruim 40%. Volgens de Databank Financiële Kengetallen van het Ministerie van BZK lag dit boven het landelijke gemiddelde. Per eind 2019 bedroeg de solvabiliteit van gemeenten landelijk namelijk circa 33%.
De gemeentelijke solvabiliteitsratio laat een daling zien naar een niveau van rond de 27% per eind 2025. Ten opzichte van eind 2020 is dit een afname met circa 13 procentpunt.
Deze daling wordt veroorzaakt door de verwachte EMU-tekorten voor de komende jaren. De hoofdoorzaken van deze tekorten zijn:
- Negatieve exploitatiesaldi vóór bestemming voor de jaren 2021 tot en met 2023.
- De forse ramingen aan investeringsuitgaven.
Zie ook het overzicht EMU-saldo en de geprognosticeerde balans elders in deze begroting.
4. Kengetal grondexploitaties (BBV)
Kenmerkend voor grondexploitaties is dat de looptijd lang is. Hoe verder inkomsten in de toekomst liggen, des te meer rentekosten en risico's dit met zich meebrengt. Ieder jaar rapporteren wij bij het Meerjaren Perspectief Ruimte, de voorjaarsnota en de tweede bestuursrapportage over de actuele stand en prognoses. Daarin volgen wij de variabelen die van belang zijn voor de financiële resultaten: programma/projecten, planning, prijs, parameters, projectkosten en programmarisico's (de zes P's). Ook bevatten de peilstokken gevoeligheidsanalyse op basis van verschillende ‘slecht weer’ scenario’s.
Formule: [bouwgronden in exploitatie / totaal van de baten vóór reserves, uitgedrukt in %]
Maatstaf
Dit kengetal geeft weer hoe de waarde van de grond zich verhoudt tot de totale baten. Als maatstaf hanteren we de omvang van de onderhanden werken, exclusief de robuuste posten Leidsche Rijn, als absoluut bedrag ten opzichte van het totaal van de baten (vóór reserves). Hoe lager de uitkomst, hoe gunstiger voor de financiële weerbaarheid. Een uitkomst van 10% of hoger beschouwen we als kwetsbaar.
Tabel: Kengetal grondexploitaties
x €1.000.000 | ||||||
Begroting jaar 2022 | Verslag 2020 | Begroting 2021 | Begroting 2022 | MJR | MJR | MJR |
Bouwgronden in exploitatie: | ||||||
| -77,5 | -73,5 | -63,3 | -93,7 | -85,9 | -81,9 |
| 65,1 | 95,2 | 126,5 | 90,1 | 0 | 0 |
| 17,0 | 21,4 | 27,1 | 20,0 | 15,3 | 14,6 |
Activa gronden in exploitatie | 4,6 | 43,1 | 90,4 | 16,4 | -70,6 | -67,3 |
Robuuste posten Leidsche Rijn | 143,6 | 143,6 | 143,6 | 143,6 | 143,6 | 143,6 |
Totaal baten vóór reserves | 1.783 | 1.433 | 1.481 | 1.572 | 1.467 | 1.448 |
Relatieve omvang onderhanden werk | 0,3 % | 3,0 % | 6,1 % | 1,0 % | -4,8 % | -4,6 % |
Stand van zaken
De relatieve waarde van de gezamenlijke grondexploitaties blijft onder de kwetsbare stand van 10% en wordt beduidend gunstiger in de komende jaren. Naarmate de uitvoeringsfase van plannen vordert en projecten kunnen worden opgeleverd en administratief afgesloten, nemen de financiële risico’s af. Naar verwachting loopt het onderhanden werk van de grondexploitatie Stationsgebied tot en met 2023, waarna deze kan worden afgesloten. Dit heeft vanaf 2024 een aanzienlijk gunstig effect op de financiële weerbaarheid. Een uitgebreide toelichting van de grondexploitaties, inclusief 'slechtweerscenario's' staat in Meerjaren Perspectief Ruimte.
Sturingsmogelijkheden
Contractuele zekerheden beperken het risico op nog te ontvangen baten, maar 100% zekerheid is niet te geven. Bij onzekerheid over de mogelijkheid om gemaakte kosten terug te verdienen verlagen we het begrote saldo van de betreffende grondexploitatie. Bij een negatieve grondexploitatie leidt dit automatisch tot een voorziening. Daarnaast zijn wij in staat risico's op te vangen door middel van ingebouwde financiële buffers.
5. Structurele exploitatieruimte
De indicator structurele exploitatieruimte geeft aan hoe de structurele vrije ruimte (structurele baten min structurele lasten) zich verhoudt tot de totale begrotingsbaten.
In % | ||||||||
Begroting jaar 2022 | Verslag 2020 | Begroting 2021 | Begroting 2022 | MJR | MJR | MJR | ||
Structurele exploitatieruimte | 1,93% | 1,48% | 0,44% | 0,42% | 0,02% | 0,01% |