2. In Utrecht kan iedereen meedoen en als inwoners het niet zelfstandig kunnen krijgen zij daarbij de zorg en ondersteuning dichtbij en op maat

Indicatoren WMO

Het gehele jaar volgen, sturen en monitoren we aan de hand van een rijke set aan data hoe het gaat in het zorglandschap. We gaan hierover in gesprek met de partners in de stad om de gegevens te duiden en indien nodig de aanpak of het beleid bij te stellen. We volgen de ontwikkelingen aan de hand van de stelselindicatoren bereik, beschikbaarheid en kwaliteit. We sturen op deze indicatoren en streven naar een balans tussen deze drie stelselindicatoren binnen het beschikbare budget. We kijken naar de onderlinge samenhang tussen de indicatoren en volgen de trends en ontwikkelingen daarin.

Bereik
Wij verwachten dat de trend van een toenemende vraag naar zorg en ondersteuning zich voortzet. Deze verwachting baseren wij op de groei van de stad, de vergrijzing, de effecten van corona en het tekort aan betaalbare en geschikte woningen. De vraag neemt in omvang én complexiteit toe. Professionals geven aan dat er steeds vaker sprake is van stapeling van problematiek. Dit betekent ook dat cliënten vaak langer en intensievere ondersteuning nodig hebben.

Bovenstaand overzicht biedt een doorkijkje naar de verwachte ontwikkelingen op het bereik van de buurtteams (doelstelling 2.1.1), de aanvullende zorg gemeentetaken (doelstelling 2.2.1, nog wel exclusief de individuele maatwerkvoorzieningen) en de aanvullende zorg centrumgemeentetaken (doelstelling 2.3.1). Deze prognose is gebaseerd op het verleden (statistische bewerking) en wordt steeds verrijkt met kwantitatieve en kwalitatieve data (bijvoorbeeld uit gesprekken met professionals). De prognose stellen wij ook steeds bij op basis van recente gegevens en kwalitatieve informatie.

Wij verwachten de volgende ontwikkelingen op de verschillende soorten voorzieningen:

Buurtteams
Verwachting is dat meer inwoners met vragen bij het Buurtteam komen, mede als gevolg van de coronaperiode. Daarnaast verwachten we dat het buurtteam vaker bewoners langdurig en intensief begeleidt door afschaling van aanvullende zorg naar het buurtteam

Informatie, Advies en Onafhankelijke Cliëntondersteuning (IAOC)
Het feit dat meer inwoners met vragen bij het Buurtteam komen, zal ook betekenen dat meer inwoners daarbij ondersteuning vragen bij de sociaal raadslieden en de onafhankelijke cliëntondersteuning. We werken aan het verlagen van de drempels waardoor meer inwoners eenvoudig geholpen kunnen worden of snel de ondersteuning krijgen de ze nodig hebben.

Individuele en thuisbegeleiding
Onder andere door meer zelfstandig wonen zien we een toename van de vraag naar ambulante ondersteuning in de vorm van individuele en thuisbegeleiding. Bij de individuele begeleiding zien we daarbij een toename van de complexiteit van de problematieken daarmee de intensiteit en duur van de begeleiding.

Individuele maatwerkvoorzieningen
Door de toename van het aantal inwoners in een kwetsbare positie die thuis kunnen blijven wonen, neemt de vraag naar individuele maatwerkvoorzieningen ook toe. We zien dit terug in het doelgroepenvervoer. Dit zet het vervoerssysteem onder druk. Op de lange termijn zoeken we hier oplossingen voor. Het feit dat er nu sprake is van een abonnementstarief voor de eigen bijdragen zien wij ook terug in het beroep dat wordt gedaan op met name de individuele maatwerkvoorzieningen als hulp bij huishouden, en hulpmiddelen. Per 1 januari 2022 gaat de nieuwe contractperiode voor hulp bij huishouden en daarmee een nieuwe werkwijze in. Vier aanbieders van hulp bij huishouden gaan wijkgericht werken en hebben daarbij een signaleringsfunctie.

Arbeidsmatige Activering, Sociale prestatie en Dagbegeleiding en Dagondersteuning
Voor de groepsgericht ondersteuning als arbeidsmatige activering en sociale prestatie wordt verwacht dat deze na een teruggang vanwege de coronamaatregelen, in 2022 weer op het niveau komt van voor de corona-uitbraak. De activiteiten gericht op ouderen, de dagbegeleiding en dagondersteuning, zullen gezien de vergrijzing en lange wachttijden voor opname in de Wlz blijven stijgen.

Beschermd wonen, beschermd verblijf, beschermd thuis
De Wlz is vanaf 2021 verbreed en mensen die hun leven lang intensieve geestelijke gezondheidszorg (ggz) nodig hebben, kunnen vanaf 1 januari 2021 toegang krijgen tot de Wet langdurige zorg (Wlz). Dit betekent een afname in de mate waarop beroep wordt gedaan op beschermd verblijf en beschermd wonen. De overgang vindt in 2021 plaats, en heeft effect ook in de komende jaren. We blijven inzetten op een verschuiving van intramurale zorg naar zorg aan huis. Dat betekent dat we een toename verwachten in het gebruik van Beschermd Thuis en een afname van de voorzieningen Beschermd Verblijf en Beschermd Wonen. Deze verschuiving betekent wel dat er ook komende jaren behoefte is aan voldoende betaalbare woningen voor mensen die uitstromen uit- of instromen in beschermd wonen of de maatschappelijke opvang.

Daklozenopvang
Met de inzet op Eerste een thuis vanuit de zogenaamde Blokhuismiddelen zetten wij in op het terugdringen van dakloosheid. Of dit daadwerkelijk het geval zal zijn, is mede afhankelijk van de vraag of het aantal daklozen niet zal toenemen als gevolg van de corona, en het tekort aan geschikte en betaalbare woningen. Vanuit onze innovatie aanpak Living Lab hebben we samen met regiogemeenten de gemeenschappelijke ambitie ruim 200 Eerst een thuis-woningen te realiseren om mensen uit dakloosheid een duurzame woonplek te bieden. Er zijn inmiddels 110 woningen gerealiseerd en bewoond. We willen deze aanpak voortzetten met structurele middelen vanuit het Rijk en waar kansrijk vanuit de EU. We voeren hiervoor een actieve lobby, waarbij er op dit moment nog geen duidelijkheid is over structurele en nieuwe middelen om onze aanpak op dakloosheid vanuit het Living Lab te continueren.

Zorg en Veiligheid
Het zou kunnen dat meer inwoners met (hulp)vragen bij onze partners op gebied van huiselijk geweld en kindermishandeling aan zullen kloppen, mede als gevolg van de coronaperiode. Eerder informeerden wij u al dat zij meer meldingen zien over bijvoorbeeld opgelopen spanningen als gevolg van sociale isolatie en situaties waarin soms pas in een later stadium om hulp wordt gevraagd waardoor deze complexer zijn. Een ‘boeggolfeffect’ waarbij geweld in gedurende de periode met corona-maatregelen is toegenomen is niet uit te sluiten.

Om de extra vraag op te kunnen vangen, stimuleren en versterken wij vanuit de nadere regel Versneld vernieuwen de samenwerking tussen zorgorganisaties in de basis en aanvullende zorg met de sociale basis. Samen met de partners investeren we in innovatieve aanpakken gericht op zo licht mogelijke zorg en zo gewoon mogelijk meedoen van inwoners in een kwetsbare situatie. Daarnaast is de maatregel gericht op het opvangen van de corona effecten, zoals de uitgestelde zorgvraag. Het gaat om extra incidentele inzet met een structureel effect.

Beschikbaarheid
De beschikbaarheid, ofwel wachttijden en wachtenden, is sterk afhankelijk van de ontwikkeling van de vraag, mogelijkheid van afschalen of uitstromen, en de personeelscapaciteit. De streefcijfers zijn dat inwoners binnen vijf werkdagen geholpen worden bij het buurtteam, binnen veertien werkdagen terecht kunnen bij de aanvullende zorg en binnen zestien weken kunnen worden opgevangen binnen beschermd wonen. Deze wachttijden staan onder druk door de toenemende en complexere vraag. Daarnaast geldt nog steeds onvoldoende betaalbare en geschikte woningen beschikbaar zijn, waardoor de uitstroom uit beschermd wonen nog onvoldoende mogelijk is en de streeftermijn voor nieuwe opnames niet gehaald worden. Met de nieuwe centrale wachtlijst voor maatschappelijke opvang en beschermd wonen is er wel meer inzicht in het aantal wachtenden en het soort voorzieningen dat nodig is.

De wachttijden en wachtlijsten blijven onderwerp van gesprek met onze partners, en met hen wordt gekeken wat er gedaan kan worden om deze te beperken. Hierbij denken wij aan initiatieven die de instroom kunnen beperken door gerichte inzet van de sociale basis, en door te kijken wat de mogelijkheden zijn om zorg af te schalen.

Kwaliteit
Een belangrijk instrument om de kwaliteit van de ondersteuning te meten is de Ervaringwijzer. Met dit instrument worden cliënten gevraagd naar hun ervaringen op toegankelijkheid, kwaliteit en het effect van de ondersteuning. Daarnaast is er ruimte voor open vragen. De vragenlijsten zijn aangepast aan de soort voorziening en sluiten in taal en vraagstelling aan bij de leefwereld van de cliënt. Na een voorzichtige start in de pilotfase en langzamere doorontwikkeling vanwege corona, worden in 2022 doorlopend ervaringen opgehaald bij buurtteams en aanbieders in de aanvullende zorg. Dit maakt het mogelijk om ook deze resultaten in ons doorlopend proces van volgen, sturen en monitoren op te nemen.

Onderstaand een voorbeeld van de resultaten van de Ervaringwijzer van cliënten van één van onze aanbieders.

Het Panel Meetellen blijft onafhankelijk onderzoek uitvoeren naar de ervaring en beleving van de kwaliteit bij hun panelleden. In 2022 komen de resultaten van het onderzoek dat wordt gehouden onder de panelleden met thema’s vanuit de inwonersenquête. Het beeld is dat in de reguliere enquête de inwoners in een kwetsbare positie moeilijk worden bereikt. Het team Meetellen zal de vragenlijst in aangepaste vorm onder de panelleden uitzetten, en op basis daarvan verdiepende gesprekken voeren.

De toegekende aanvragen in het kader van Versneld vernieuwen worden door het Verweij Jonker Instituut onderzocht op hun maatschappelijke effecten en hoe deze (op stelselniveau) bijdragen aan de beweging naar voren en een duurzame transformatie. Hierbij wordt toegewerkt naar een leer- en ontwikkeltraject dat de komende jaren ook door gemeente en partners zelfstandig te gebruiken is.

Deze pagina is gebouwd op 12/10/2021 13:49:46 met de export van 12/10/2021 13:09:49